De Raad van State behandelt ergens tussen begin maart en eind juni het beroepschrift dat Vereniging Bomenbelang Bronckhorst ingediend heeft in verband met de kapwerkzaamheden in de uiterwaarden van de IJssel. In december wilde Rijkswaterstaat daarmee beginnen. Bomenbelang diende een beroepschrift in omdat Rijkswaterstaat het groen dat langs de rivier verdwijnt in principe niet compenseert. Ook zijn de kapplannen niet gebaseerd op een toekomstvisie voor het IJssellandschap, terwijl dat landschap nu wel de dupe wordt. Weliswaar zijn diverse kapplannen langs de IJssel weggevallen naar aanleiding van de kritiek vanuit de natuur- en milieuorganisaties, inclusief de bomenorganisaties in Overijssel en Gelderland (Bomenstichting Deventer, Bomenstichting Zutphen, Bomenstichting Achterhoek en Vereniging Bomenbelang Bronckhorst), maar nog altijd verdwijnen her en der lanen met bomen, veel struikgewas en heggen. Hierdoor verdwijnt ook veel leefruimte voor vogels en kleine dieren.

De doorstroming van de IJssel bij hoog water wordt vooral beperkt door harde constructies, zoals bruggen. Maar die staan momenteel niet ter discussie. De kosten van het aanpassen of verwijderen kosten veel meer geld en inspanning.

Wat het effect is van het uitvoeren van een deel van de kapwerkzaamheden blijft onduidelijk.

De vier gemeenten in het zuidelijke deel van de IJssel (Arnhem, Zevenaar, Rheden en Westervoort) accepteren de kapwerkzaamheden alleen wanneer zij tegelijkertijd maatregelen kunnen nemen waarbij juist groen aangeplant kan worden, het zogeheten Rivierklimaatpark IJsselpoort. Die plannen krijgen steun van de Provincie Gelderland en Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Zij willen juist groene corridors voor planten en dieren langs de IJssel om verdere versnippering tegen te gaan.

Dat laatste is ook de grote zorg van Vereniging Bomenbelang Bronckhorst. Omdat onder de kapplannen geen visie zit over het groen in het IJssellandschap, staat alles alleen in het teken van het weghalen van zo veel mogelijk groene obstakels, zoals bomen en struiken. Ook riet en dergelijk verdwijnt, terwijl hierin juist het meeste leven zit. Maar ook voor ooievaars blijft minder ruimte over als de plannen uitgevoerd worden.

Overigens gaat Rijkswaterstaat los van bovenstaande plannen het achterstallig onderhoud aan de kribben alsnog uitvoeren. Daarbij maakt zij gebruik van glyfosaat, een bestrijdingsmiddel dat per 1 januari 2016 niet meer gebruikt mag worden op harde oppervlakken. Het is mogelijk kankerverwekkend en tast de waterkwaliteit aan. Vitens en ook de koepelorganisatie van drinkwaterbedrijven Vewin maken zich hierover grote zorgen.